‘Wat moeten mensen eigenlijk met elkaar, wat zoeken ze?’
De spreekster van deze woorden zit naast me op een boomstam. Ik ken haar niet en weet, net als haar vriendin die aan de andere kant van haar heeft plaatsgenomen, het antwoord niet.
‘Houvast?’, probeer ik voorzichtig.
‘Het is net alsof, als je er twee ziet lopen, de een altijd gelukkiger is dan de ander. Eentje straalt en lacht en de ander loopt er maar een beetje bij met zo’n blik van, mwoa…’
Er loopt een innig gearmd,glimmend stel voorbij.
‘En die dan?’, vraagt haar vriendin.
‘Misschien ligt het gewoon aan mij, ik twijfel tegenwoordig aan alles, wellicht ben ik niet gemaakt voor relaties.’
Ik ben op een relaxed festival met een hoop alternatieve mensen. Als dat iets zegt tenminste. Uiterlijke kenmerken verraden uitgestelde kappers, regelmatig tattoo shop bezoek, losse kledingvoorschriften en een lichte voorliefde voor hennepproducten. Ik ben op een festival waar alles morgen ook nog kan: MañanaMañana. Een weekend vrijhaven op een landgoed in de Achterhoek met veel onbekende muzikanten die soms prachtig, soms afschuwelijk spelen.
‘Het is een kwestie van persoonlijke voorkeur’, zeg ik.
Ze kijkt me aan.
‘Je bent geloof ik je leven lang bezig met de keuzes te maken die echt bij je passen. Je doet er soms lang over jezelf te worden’.
De vrouw begint te vertellen. Ik zit minstens een uur naast haar en luister. Haal een biertje en bied haar een sigaretje aan. Haar geschiedenis is er een waar ik wat vragen bij kan stellen die haar op het spoor van haar verhaal houden. Ze is opzoek naar zichzelf, haar vrienden, haar mogelijkheden en onmogelijkheden. Ze heeft geleerd dat het niet zo eenvoudig is jezelf te worden als je een leven lang alleen maar naar anderen gekeken hebt. We delen overeenkomsten en bevragen elkaar over de verschillen. Ik hoor in haar twijfels meer wijsheid dan in de zekerheden die andere mensen af en toe over mij heen denken te moeten smijten. We balanceren op de boomstam, als op een slap koord waaromheen de ruimte zo oneindig veel groter is dan het stuk touw. De kleine handreiking die we elkaar geven is voldoende om het evenwicht te bewaren. Twijfelen is het begin van alle wijsheid.
‘Gadverdamme, heb jij dat weleens gedaan?’
Achter ons is een drietal jongelingen neergestreken en de afschuw van het meisje in het drietal geldt een van de jongens.
‘Ja, dat heb ik weleens gedaan, jij niet dan?
‘Nee, natuurlijk niet, dat is gewoon goor’.
‘Ik kijk daar anders tegen aan’, zegt de jongen peinzend terwijl hij een lange langzame hijs van zijn jointje neemt.
‘Kijk, als je diarree hebt is het gewoon een teken van lef dat je een scheet durft te laten, ook al weet je dat ie nat gaat zijn’.
De vrouw naast me heeft het ook gehoord en tikt me aan.
‘Over wijsheid gesproken.’