Voor de zoveelste keer werd ze overvallen door dezelfde gedachte. Ze lag hier opgesloten in een long. Een muffe, slecht doorbloedde, zwartgeblakerde long. Zo een die de verpakking van zijn pakje Lucky Strike sierde, haar nachtwaker. Deze kamer deed gekke dingen met haar. Of misschien was het gewoon wel de wiet die ze samen rookten. In zijn armen voelde ze zich veilig en gewild.
Eenmaal losgelaten in de eenzaamheid van deze ruimte werd ze meegezogen door de long. De muffe, slecht doorbloedde, zwartgeblakerde long. De gordijnen werden tentakels en slingerden zich als slijmerige slierten weefsel om haar heen. Trokken haar met zich mee de kwaadaardig pulserende ruimte in. Dekens veranderden in een zwarte aanslag die zich aan haar hechtte. Het hoogpolig tapijt werd de bekleding van haar waanbeeld dat bij iedere gierende ademhaling kromp en daarna weer uitzette. Grijze vijandige rook likte onder de deur door.
Wanhopig probeerde ze haar opkomende hoestbui te bedwingen. Rood aangelopen van de ingehouden spanning zag ze lijdzaam toe hoe de deur steeds boller kwam te staan van de onstuitbaar drukkende rook erachter. Met een enorme kracht vloog hij open en door de druk werd ze uit bed geslingerd. Onbeheersbaar knalde de vaporeuze overval door de verstikkende ruimte. Haar cellen geselend tot in de kleinste uithoeken van de kamer waar bloedsporen langs de plinten drupten. Met de ogen angstig wijd open gesperd zocht ze zich ruggelings crawlend een weg tussen de resten van rottend weefsel dat zich via de poten van het bed een weg omhoog baande. Het beddengoed langzaam veranderend in een smeulende puinhoop. Het werd haar langzaam zwart voor ogen. Zijn armen en goddelijk lichaam leken verder weg dan ooit. Ze wist zeker dat hij zou komen. Hij zou haar redden. Met haar laatste krachten beroerde ze de knop.
Het rode lampje op het display lichtte op. Opkijkend uit zijn studieboek zuchtte hij zacht. Kamer 23. Jezus, al de derde keer vannacht.
Dat ze van hem droomde vond hij op een of andere manier wel vleiend.Hij hield vaak haar hand even vast als ze er met rode koontjes over vertelde. De wiet gaf haar de rust die ze nodig leek te hebben. Hij was er alleen nog niet achter waarom ze telkens uit bed viel. Stiekem fantaseerde hij daarover. Met zijn gebruinde linkerhand tikte hij het display tot rust en sjokte de lange kille gang in.
Eerst plassen, ze kon wel even wachten.